Verkeer
Stuur appje
Zoek
Nieuws
Enschede

100 dagen? De moeder van Jan lag een jaar in het MST in Enschede

409123 906730

Arts Tim Verhagen van het ZGT sloeg alarm over een patiënt die 100 dagen wachtte op een plek in het verpleeghuis. In 2000 moest de 85-jarige Annechien Haasewinkel in het MST liefst een jaar wachten.

In het archief van Tubantie verwijzen meerdere verhalen naar de kwestie die landelijk stof deed opwaaien. 'Mevrouw Haasewinkel wacht op een plek in Cromhoff' was de titel boven een nieuwsbericht van 1 maart 2000. Bij Enschedeër Jan Haasewinkel roept het verhaal nog steeds nare herinneringen op. Het ging om zijn moeder. De destijds 85-jarige Annechien Haasewinkel-Kievit woonde in verzorgingshuis De Eschmarke tot ze op 28 februari 1999 haar heup brak. Van het ene op het andere moment belandde ze in Medisch Spectrum Twente.

Geweldige zorgHet zou circa drie maanden duren, hoorde de familie toen ze moeder in april aanmeldden voor een reactiveringsplaats in het verpleeghuis De Cromhoff. "Moeder kwam van Boswinkel. Ze wilde naar haar oude wijk." Haasewinkel herinnert zich dat in Losser eerder plaats was. En ook in Ootmarsum, meent hij. Maar dat was te ver. "Voor haar kennissen zou dat een wereldreis zijn.

Voorlopig werd MST haar nieuwe thuis. De zorg was geweldig, benadrukken Jan en echtgenote Corrie. Zelf verwoordde de 85-jarige patiënte, die inmiddels is overleden, het destijds als volgt in de krant: "Het is goed hier. Ik hoef niks te doen." Maar de paar maanden werden meer dan een jaar. 's Morgens werd de patiënte naar de huiskamer gebracht. Ze kon er tv kijken. 's Middags waren er spelletjes. Jan en Corrie gingen om de dag op bezoek. Tot groeiend ongenoegen van de familie duurde en duurde het maar.

Kamervragen
Haasewinkel: "We vroegen wel eens wanneer er plek zou komen. Maar er kwamen geen duidelijke antwoorden." Na meer dan een half jaar had zoon Jan er zo genoeg van dat hij de publiciteit zocht. Deze krant, De Telegraaf en het televisieprogramma EenVandaag kwamen langs. Ook benaderde hij partijen in de Tweede Kamer. SP-kamerlid Agnes Kant stelde Kamervragen. Ze eiste dat staatssecretaris Vliegenthart van Welzijn met oplossingen zou komen voor de zogeheten verkeerde-bedden-problematiek. Pas daarna kwam er volgens Jan Haasewinkel schot in de zaak.

"Uiteindelijk regelde Statenlid Hannie Woestenenk van de SP dat moeder na een jaar kon verhuizen naar verpleeghuis Kleijne Vaert. Mam was daar erg blij mee. Ze heeft er nog anderhalf jaar gewoond, tot ze april 2002 overleed.

Ook al had zijn moeder het naar haar zin in het ziekenhuis, ze hoorde er niet. Ook Agnes Kant wees daarop. 'Mensen worden in belangen geschaad, omdat ziekenhuispersoneel is opgeleid voor curatieve werkzaamheden en niet in omgang met dementerende bejaarden', schreef Kant destijds. Corrie Haasewinkel vult aan: "Moeder revalideerde wel, maar niet zo goed als in een verpleeg- huis was gebeurd. Ze leerde na de heupbreuk nooit meer lopen."

Volgens de krant van negentien jaar terug was de zaak-Haasewinkel niet de enige. Voorzitter Henk Bijker van de raad van bestuur zei destijds dat er soms tientallen patiënten in een 'verkeerd bed' lagen in het MST. Annechien kreeg bloemen van de verpleging toen ze een jaar in het ziekenhuis verbleef.

Geen nieuw probleemHoogleraar Ouderengeneeskunde Jos Schols van de Universiteit van Maastricht bevestigt dat het probleem niet nieuw is: "Verkeerd gebruikte bedden in ziekenhuizen waren er al in de jaren 80. En wachttijden voor verpleeghuizen bestaan al net zo lang. Maar er waren geen duizenden patiënten, die een jaar wachtten."

Je moet met elkaar samenwerken om deze excessen te voorkomen, zegt hij. "Die noodzaak geldt nog steeds. Ook voor die arme man in Almelo gold dat. Sinds is besloten dat de verzorgingshuizen dichtgaan, is de intensiteit van de verkeerde-bedden-problematiek fors toegenomen.

© Newsroom Enschede, de samenwerking tussen TC Tubantia en 1Twente Enschede, foto: Reinier van Willigen
Heb je een nieuwstip of nieuwe informatie?
Tip onze redactie via mail of telefoon. Deze vind je op onze contactpagina.